Homepage  Schrijversweb  Schrijversweb 2016  Willem Jan Frijling

Het goede doel - Willem Jan Frijling

De ochtend van de eerste dag van de vijftiende maand na zijn verhuizing naar Friesland, Patric hield het bij, had hij een luie bui. Eigenlijk moest hij douchen, maar was het echt nodig? Misschien rook hij wel naar zweet, dat kon goed, maar als hij zijn regenjack aan deed dan rook niemand iets. Hij besloot nog te wachten tot na de boodschappen. Fluitend reed hij in de richting van de supermarkt.
Het fietsenrek bij de Albert Heijn was deels door een tafeltje in beslag genomen, bezet in het kader van een goed doel: een ziek kind dat alleen in Amerika geholpen kon worden. Daardoor moest hij zijn fiets verder van de ingang wan de winkel neerzetten.
Achter het tafeltje dat daar voor de klemmen stond zat een regulerende vrouw spulletjes te verdelen. Een meisje kwam met een flesje water en een "snelle jelle" op Patric af. "Wilt u een flesje water k.." Patric schudde voor de duidelijkheid vol overgave zijn hoofd en het meisje droop af. Maar hij was nog niet verlost van "het goede doel" en de opdringerigheid ervan. Vier jongetjes kwamen tegelijk op hem af, de versnaperingen omhoog opgeheven. Bezwerend riep Patric: "Nee!" Eén van de jochies droop niet af: "Wilt u ook geen bijdrage...?"
"Ik word gek van jullie."
Op het moment dat Patric de Albert Heijn verliet, stond er een nieuw meisje met een flesje water en plakken koek. Hij kon net aan haar aandacht ontsnappen, doordat een klant belangstellend op haar af liep.
"Het goede doel heiligt niet alle middelen," dacht hij ontstemd. "Niemand die daar over nadenkt."
Tegen de middag ging Patric zijn auto ophalen. Die had met goed gevolg de APK keuring achter de rug. Een wisserblad en een lampje vervangen waren de grote kosten niet aan een auto.
“Meneer van der Heijde,” zei Geertje formeel, maar met een uitdagende glimlach, van achter de balie. “U komt uw auto halen,” deelde zij mee en reikte hem met haar vriendelijkste glimlach de autosleutel en de factuur aan.
“Ik wil je vragen of je wilt pinnen.”
Hij keek naar de factuur. Zijn wijsvinger volgde zijn blik. Wij verzoeken u vriendelijk deze factuur binnen 14 dagen te betalen, stond er. “Ik betaal altijd binnen twee weken,” zei hij, Geertje welwillend aankijkend, maar Geertje reageerde met een gesloten gezicht.
Zij deed de administratie van haar vaders bedrijf en Patric had een paar reparaties aan de auto gehad, zij moest weten dat het klopte. “Dat is waar,” zei ze.
Buiten zag Patric een koolwitje vliegen, of in feite waren het er twee; het mannetje zat met het achterlijf vast aan dat van het vrouwtje en werd meegesleurd in haar vlucht. “Kijk,” zei Patric naar het dartele tafereel wijzend terwijl hij Geertje met een zo smartelijk mogelijke blik aankkeek, “Zo voel ik me. Meegesleurd in de vaart der volkeren en goede doelen.”
Geertje trok haar schouders op en reageerde zonder veel begrip te tonen.
“Je hebt altijd wel wat interessants, Rem. Het heeft nergens mee te maken.” Het gezicht stond echter als gewoonlijk vriendelijk, “Je gedraagt je als één van die losers in de reclames van tegenwoordig.”
Patric moest lachen. Hij begreep wat zij bedoelde. Toen zij elkaar aankeken bleven de blikken net even langer hangen dan nodig was.
Een gesprek met Geertje leek altijd een erotisch avontuur. Niet dat zij, nam hij aan, op iets uit was, maar haar make-up was tamelijk zwaar, net niet overdadig, de jong uitziende huid was bedekt met een laag foundation. Het hoogblonde haar was lang, haar rokjes waren nogal kort en de nagels lang en gelakt. Geertje stond om wat geld bij te verdienen aan de balie bij het garagebedrijf van haar vader. Haar non-verbale communicatie was altijd met een erotische lading gemengd.
Dat wilde zeggen dat Patric zich dan opgewonden voelde raken.
 “Ja, ja, die reclames met minkukels van mannen.” Haastte hij zich te reageren. “Twijfelachtige inhoud. Net als de wetenschap. Het bericht op de televisie vandaag, heb je dat gehoord? Over die pinda’s? Duizendmaal eerder heb ik zo’n aanzet tot een hype meegemaakt. Met vijftien gram blijf je misschien gezonder. Let op het woord ‘misschien’. Vroeger waren melk en bruin brood gezond, nu niet meer en is het speltbrood geworden zonder melk. En dan die rechtsdraaiende yoghurt? En het rijtje kan uitgebreid worden. Met chocolade, antioxidanten en visolie met Omega-3.” Patric zat op zijn stokpaardje. Je zou haast samenzweringen vermoeden, bijvoorbeeld door het kleingeld zo groot te maken, dat het al gauw niet in een portemonnee meer past. Feit is dat de berichtgeving van de financiële wereld nu gericht is op het ongemak van cash en willen banken er van af. Daar lijkt dus over nagedacht te zijn. En de kranten zijn kopieermachines geworden.“
“Ja ja, reageerde Geertje maar tijden veranderen nou eenmaal, en ja, het gaat snel,” beweerde Geertje, “Maar jij kan net zo goed…
“Tijden veranderen niet,” onderbrak Patric haar. “Tijd is alleen maar, ongrijpbaar. De denktrant verandert, de politiek verandert, de mentaliteit, maar de tijd loopt alleen maar door.”
“Wat jij wil, Patric. Jij bent klant, ”zei ze niet erg logisch.
Ze praatte verder: “Weet je, ik heb trouwens rupsen in mij heg, klein, licht en gestippeld,” vertelde Geertje, Jij deed daar toch iets mee?.”
“Ja, dat klopt. Ik maak foto’s van alle soorten die ik tegenkom. Heb je er geen foto van?”
“Nee, jammer, wel gehad, maar weg gedaan. Kan je niet eens langs komen in Giethoorn?” Haar toon kreeg iets flemerigs. Patric aarzelde. Tot haar rode nagels zag hij weer in zijn blikveld kwamen. Dat gaf de doorslag.
Ja, is goed hoor.” In Patric’s broek begon er wat te verstijven. Hij leek adem tekort te komen. “Vanavond, misschien?”
Er kwam een ander klant binnen en het gesprek was afgelopen.

Die avond, ver voordat het donker werd, reed Patric gedoucht en wel naar Giethoorn, met een hoofd vol fantasieën die niets te maken hadden met rupsen. Naar wie ga ik? Is ze getrouwd, heeft ze kinderen, een man?
“Nee, ik ben gescheiden,” antwoordde Geertje desgevraagd, “en mijn kinderen, een jongen en twee meiden zijn zelfstandig.”
Ze liepen in de richting van de zijkant van de tuin.
“Hé, kijk, een rups.”
Patric maakte er een foto van. “Hij kijkt in de lens,” zei hij, “wat leuk.”
Geertje schoot in de lach en antwoordde: “Oh, dat wordt een mooie foto. Lachte hij ook?” Ze hield haar hoofd wat scheef toen ze vroeg: Wat wil je drinken, een Frans cognacje misschien?
“Echte Franse? “My favourite”, ”mon favori” dus eigenlijk . Maar ik drink niet als ik rijd.”
“Franse cognac dus,” Concludeerde Geertje met een samenzweerderige lach.
Patric stelde de vraag, bijna voordat die tot hemzelf doordrong en zeker voordat hij zichzelf kon tegenhouden: “Geertje wil je in mijn harem?”

Geertje aarzelde een moment en Patric vreesde dat hij te ver was gegaan en alles wat in het vat zat was verloren. Was hij te ver gegaan?
“Als dit een grap is, is ie niet leuk. Wat bedoel je er mee: harem?”
Patric deed zijn best te doen of hij zich niet geschokt over te laten komen. “Sorry als ik je zo overviel,” zei hij bedeesd, “Onhandig. Ik overviel me zelf ook, maar ik vind je erg leuk en ook aantrekkelijk. Ik wil geen vaste, exclusieve relatie met één vrouw meer. Ik heb er slechte ervaringen mee. Ik heb wat vriendinnen, waar ik al dan niet met vrijen wel eens bij slaap. Die noem ik voor de grap “mijn harem”.
“En heb je daar ook nog een contract voor klaarliggen?” vroeg Geertje opeens, “het klinkt zo geïnstitutionaliseerd.”
Patric dacht even na. Zij wees het voorstel niet af, dat was duidelijk, maar wat hield dat in? “Wat bedoel je eigenlijk?” vroeg hij aarzelend.
Geertje glimlachte, “Als ik met je in zee ga, moet er niets vast liggen, het moet, vind ik, natuurlijk en spontaan groeien en vorm krijgen. Dat vergt, als er iets tussen ons gebeurt, wel veel overleg natuurlijk. Gelijkwaardig.” Geertje keek of ze nu bezig was met een contractbespreking, een frons tussen de wenkbrauwen. Even later zei ze: “Ik herken wel wat je zegt, maar zelf zoek ik wel naar die ene ware liefde en ja, ook ik heb een paar intieme vrienden.”
Patric dacht weer even na en vervolgde zijn ideeën: “Ik wil niet zeggen, dat ik niet naar die ene op zoek ben hoor, maar ik probeer het los te laten. Dat lukt maar ten delen. Ik heb geen positieve ervaring met samenwonen. Maar uitsluiten doe ik het ook niet.”
“Mijn ex had het moeilijk in zijn jeugd, vertelde Geertje zonder een schim van schaamte, “Ik weet niet waarmee. Hij heeft het me nooit verteld, maar als een bezetene probeerde die lul zijn demonen dood te neuken, zeg maar. Veel negatieve lading dus. Ik heb besloten te doen wat Charley Toorop deed, losse contacten; geen vaste relatie in de oude zin van die uitdrukking.”
 “Het is mooi dat je me dat vertelt, bedankt voor je vertrouwen,” reageerde Patric geëmotioneerd.
“Ja, vertrouwen doe ik je wel. Wil je bij me slapen? Daar heb ik nu wel behoefte aan, de rust van een fijn lichaam naast me in bed. Geen seks, natuurlijk.”
Het hart sprong Patric in de keel. “Natuurlijk, ja,” zei hij en hij dacht er bij: “Ik ga haar veel liefde geven. Dit is pas echt een goed doel.”

Het goede doel - Willem Jan Frijling

Homepage  Schrijversweb  Schrijversweb 2016  Willem Jan Frijling