Homepage  Schrijversweb  Schrijversweb 2006  Vivian Stroink

Madam Butterfly - Vivian Stroink

Elf maanden lang wilde zij geen publiciteit, had zij optredens afgezegd en interviews geweigerd tot dit moment, de ochtend van 1 augustus. Op nauwelijks anderhalve meter afstand zit de journalist tegenover haar, gefocust op een primeur. Zelfverzekerd start hij de voicerecorder; ieder woord, iedere hoorbare emotie van Dora Callamar zal genadeloos worden vastgelegd. Dat er geen weg terug is, realiseert zij zich maar al te goed.
‘Wat dacht u toen bekend werd dat u de Gouden Stemband had gewonnen?’
Onverstaanbaar mompelt Dora iets, achteloos asresten van het tafelblad wegvegend.
‘Kunt u harder spreken?’
‘Ik dacht niets,’ zegt zij ditmaal luider.
‘Gaat u wél naar de uitreiking?’
‘Wat is de waarde… van een prijs?’
‘U bent voor de vierde keer uitgeroepen tot beste operazangeres!’
Dora kijkt opzij, naar een immens portret aan de wand van de woonkamer. Een jonge vrouw houdt haar hoofd licht gebogen. Dun, zwart haar hangt in een onnatuurlijke golf langs haar slapen, ogen gericht op een onbekend punt achter de lens, verwachtingsvol.
‘Wanneer is die foto gemaakt?’ vraagt de journalist.
‘Een jaar geleden, tijdens haar verjaardag.’ Nog steeds staart Dora naar haar dochter.
‘Had ze het naar haar zin?’
Langzaam draait Dora haar gezicht weer naar de man aan de andere kant van de tafel, zij vouwt haar handen rondom het half gevulde whiskyglas. ‘Ik repeteerde in New York voor de uitvoering van Norma in Covent Garden.’
‘U bedoelt in Londen.’
‘Londen?’
‘Covent Garden staat in Londen, mevrouw Callamar.’
‘Ze studeerde Italiaans.’
‘Uw dochter was van plan te vertrekken?’
‘Nee, ze wilde begrijpen waarover ik zong.’
Uit haar mouw graait Dora een stuk versleten zijde. ‘Toen de oppas haar eens alleen liet, scheurde ze een jurk van mij kapot. Dit vond ik later verborgen onder haar kussen.’ De bleekgroene stof laat zij tussen haar vingers glijden. ‘Anna nam het lapje overal mee naar toe als ik niet bij haar was.’
‘Verwijt u de makers van Opname wat er is gebeurd?’
‘Niet de makers.’ Dora’s stem klinkt op het punt te breken.

Miljoenen kijkers zaten, elf maanden eerder, met hooggespannen verwachtingen klaar om de finaleshow van het talentenjachtprogramma Opname live te volgen. De begintune startte, nog een minuut, in studio twintig stond men op scherp. Regisseur Sappermans, die in de regiekamer talrijke monitors nauwlettend observeerde, telde af: ‘Tien, negen, acht, zeven, zes, vijf, camera tien: stand by, vier, drie, twee, één en… actie!’ Onmiddellijk barstte er een oorverdovend applaus los van de duizenden toeschouwers op de tribune. Allemaal stonden zij in één ruk op toen de presentator bovenaan de lichtgevende trap verscheen uit een enorme rookwolk. Energiek huppelde hij de treden af en brulde door zijn microfoon: ‘De eindstrijd is begonnen! Wie wordt de winnaar van Opname?’
In de nauwe, afgeschermde gang achter het podium, hoorde Benny glunderend van trots, zijn naam scanderen door het publiek. Dit was de dag waar hij naar toe had geleefd in de vaste overtuiging dat hij uiteindelijk zou winnen. ‘An-na’ klonk minstens even geestdriftig, maar de aanmoedigingen leken langs haar heen te gaan. Snel probeerde zij nog te bellen. Weer werd er niet opgenomen. Turend naar het scherm van haar mobiel, spoot de stilist een dot lak in haar kapsel. Anna vergat haar ogen te sluiten, de lak prikte, zij voelde het amper. ‘En… nu!’ riep de regieassistente. De twee finalisten mochten zich presenteren aan de menigte.
De spelregels van Opname waren simpel: de kandidaten moesten een act opvoeren die nooit eerder was vertoond op de Nederlandse televisie. Alles kon, alles mocht. Wie de meeste telefonische stemmen kreeg, had gewonnen.
Na het eerste reclameblok beet Benny het spits af.
Het is volledig donker. Eén lichtbundel springt aan, loodrecht naar beneden schijnend op een ineengedoken figuur. Traag heft hij zijn hoofd omhoog terwijl violen beginnen te spelen, telkens dezelfde noot achterelkaar, haast dreigend. Een wit geschminkt gelaat toont zich, zwart omrande ogen, een dieprode mond, perfecte lijnen. Achter het masker van een geisha komt hij sierlijk overeind en vouwt een parasol open met het motief van dansende draken. De vioolklanken stoppen abrupt. Half gehurkt imiteert hij een langeafstandsschaatser, de linkerhand rustend op zijn rug. Hij schaatst en schaatst over ijs dat er niet ligt, totdat hij valt over de sleep van zijn glanzende kimono. Vanaf boven kletteren plotseling waterstralen over zijn gezicht waarop de kleuren nu vervagen. Benny gooit de parasol de lucht in en rent meteen daarna weg.
Als alle spotlights weer aangaan, klappen de meeste toeschouwers verrukt, enkele fluiten afkeurend. ‘Camera vier: inzoomen op de kale man vooraan,’ beveelt Sappermans, ‘een close-up van de traan.’ De toegesnelde presentator schreeuwt: ‘Een spetterend optreden!’ en lacht nerveus. ‘We gaan er even tussenuit, maar zijn zo terug!’ ‘Camera zes: nog een shot van Benny’s ouders.’ Moeder knipoogt naar de kijkers, net voor de reclame start. 
Wanneer Anna op moet, betreedt zij kalm het podium, sober gekleed in een wit shirt en spijkerbroek. Haar enige attribuut is een plastic tas. ‘Ze oefende een act met een hoepel!’ zegt Sappermans verbaasd. Hij schikt als hij ziet wat zij uit de tas haalt. ‘Mijn god! Alle camera’s direct uit!’
Een minuut lang die eeuwig leek, gebeurde er niets, niemand op de tribune sprak of bewoog, alle blikken waren gericht op Anna die een pistool vasthield. Ieder spoor van emotie ontbrak op haar gezicht. Zwijgzaam zocht zij naar de veiligheidspal, ontgrendelde het wapen, een doffe klik klonk. Sappermans, die uit de regiekamer was gehold en voor het podium stond, vroeg fluisterend aan zijn assistente: ‘Welke familieleden zijn er?’
‘Haar vader is overleden.’
‘En haar moeder?’
‘Ze zou deze keer aanwezig zijn.’
‘Waar zit ze dan?’
‘Niet hier.’
Vanaf een klein scherm dat boven haar hing, ving Anna een glimp op van de mededeling die de televisiekijkers te zien kregen: ‘Storing. Even geduld s.v.p.’. Daarna richtte zij de loop van het pistool ietwat onhandig op haar achterhoofd. Ogenblikkelijk ging er een golf van paniek door het publiek. Sommigen begonnen te gillen, een man op de achterste rij schreeuwde: ‘Niet doen!’ anderen stoven naar de uitgang of zochten dekking, liggend achter hun stoel. De presentator bleef op veilige afstand, hij verstijfde als bevroren ijs.
Behoedzaam schoof Sappermans dichter naar haar toe en probeerde oogcontact te maken. ‘Anna… doe geen domme dingen… geef dat wapen aan mij.’ Een open hand strekte hij naar haar uit. Zij keek recht door hem heen alsof een soort leegte bezit van haar had genomen. ‘Zoveel fans van jou…’ Op het moment dat hij zich omdraaide naar de tribune, haalde zij de trekker over en schoot. Op haar buik viel zij neer. Iets groens stak uit haar achterste broekzak.

‘Is er enige hoop dat zij ooit ontwaakt?’ vraagt de journalist.
Dora schudt ontkennend het hoofd en dooft een sigaret. ‘Ik zie haar nu elke dag.’ Opnieuw kijkt zij opzij terwijl de journalist op de knop ‘stop’ van de voicerecorder drukt.
 

Madam Butterfly © Vivian Stroink

Homepage  Schrijversweb  Schrijversweb 2006  Vivian Stroink