Homepage  Schrijversweb  Schrijversweb 2003  Petra van Leeuwen

Chatten - Petra van Leeuwen

Nadat hij de computer heeft opgestart, klikt hij op de inbelverbinding. Eerst eens kijken of hij nog nieuwe mail heeft gekregen. De muis zoeft over het scherm. ‘Er zijn geen nieuwe berichten’, luidt het onderschrift van de inbox. Tjerk zucht. Na de mailbox is internet aan de beurt. Als de startpagina gereed is, verschijnt er plotseling een felgekleurd vakje op het scherm.
‘Chatten?’ Tjerk kan het niet nalaten om er op te klikken. De nieuwe pagina die verschijnt ziet er flitsend en gezellig uit. In het midden een groot leeg vak. Als Tjerk even naar het scherm blijft kijken zonder wat te doen, verschijnen er plotseling woorden in het kader:
‘Hoi, wie ben jij?’ Tjerk kijkt verbaasd naar de woorden.
‘Zeg het dan?’ verschijnt er onder de vorige zin. Tjerk tikt zijn naam in op het toetsenbord. Maar er verschijnt niks op het scherm.
‘Heb je geen naam?’ Tjerk zucht. Hoe werkt dit? Hij drukt op de spatiebalk. Nog staat er niks op het scherm.
‘Durf je niet?’ Tjerk kijkt boos naar het scherm. Wat denkt die andere wel niet! Hij ramt op het toetsenbord. Dan drukt hij op enter, en...
‘Tjerk df098q2lktga’ staat er op het scherm. Gelijk krijgt hij antwoord.
‘Hoi Tjerk, ik ben Karijn. Is dat andere je achternaam???’
Tjerk schiet in de lach.
‘Nee hoor.’
‘Hoe oud ben jij?’
Tjerk krijgt er schik in. Chatten met een meisje. Geinig. Gauw tikt hij verder.
‘10 en jij?’
‘Ik ben 11. Wil je met mij chatten?’
‘Goed’, zegt Tjerk. Hij kijkt naar het scherm. Er komt niks op te staan. O, hij moet het natuurlijk eerst weer intikken. Even later staat er al een klein verhaaltje op het scherm.
‘Lijkt me leuk’
‘Oké, maar nou moet ik naar voetballen. Kan je morgen om dezelfde tijd?’
‘Ja. Tot morgen’, tikt Tjerk in.
Er verschijnt geen antwoord meer. Tjerk wacht nog een poosje. Dan sluit hij internet af, verbreekt de verbinding en zet de computer uit.
Voetballen? Meidenvoetbal zeker. Lachend loopt Tjerk de keuken binnen.
‘Wat valt er te lachen?’ vraagt vader.
Tjerk staat verschrikt stil.
‘Nou, ehm, ik las van een meisje dat op voetbal zat!’
Vader kijkt hem vragend aan.
‘En?’
‘Nu, ik zou toch echt niet in een team van meisjes willen spelen. Met jongens is het veel echter’.
‘Groot gelijk’, lacht vader nu ook. Hij droogt zijn natte handen af. Tjerk ploft opgelucht op zijn stoel neer. Gelukkig vraagt vader niet verder.

‘Hoi, hoi!’
Verrast kijkt Tjerk naar het computerscherm. 
‘Ook hoi’, tikt hij in.
Even later verschijnt er een nieuwe zin.
‘Ga je een keer mee voetballen?’
Tjerk ziet het al voor zich. Zo’n meidenteam en dan hij ertussen. Hij scoort natuurlijk alle doelpunten.
‘Lijkt je dat leuk, een jongen erbij?’
‘Waarom niet, we zijn met z’n zevenen. Hebben we eindelijk eens gelijke groepen. Je mag wel bij mij in het team. Doe je het?’
Tjerk denkt na.
‘Waar voetballen jullie?’
‘Op het grote voetbalveld in Lexum’
Dat is behoorlijk ver weg. Maar hij heeft er wel wat voor over om dit meisje te ontmoeten.
‘Oké, wanneer gaan jullie voetballen?’
Pjing. Tjerk kijkt verbaasd naar het scherm. Helemaal zwart. Hoe kan dat nou? Heeft Karijn dat gedaan? Hij wil de computer opnieuw opstarten, maar het lukt niet. Is de stroom er af? Tjerk snapt er niks van. Hij rent de trap af.
Vader stapt net de keuken in.
‘’k Heb het snoer doorgemaaid’. In zijn handen houdt hij twee losse stukken.
‘Leuk hoor, ik zat net achter de computer’. Tjerk kijkt boos naar zijn vader.
‘Rustig maar, ik zet de stroom er gelijk weer op’.
Tjerk rent naar boven. Even wacht hij nog. Dan zet hij de computer opnieuw aan. Na wat meldingen komt hij weer bij het bureaublad. Opnieuw verbinden, internet starten, chatbox openen. Tjerk wacht. Geen woorden. Tjerk tikt alweer.
‘Hoi, ben je daar nog?’
Geen antwoord.
‘Schrijf dan wat?’
Maar het veld blijft verder leeg. Geen Karijn die wat terugschrijft. Verdrietig sluit Tjerk de computer af.

‘Morgenmiddag om half 4 gaan we voetballen. Ik heb een rood T-shirt met ‘Krijn’ erop, zodat je me kunt herkennen’
‘Oké, ik vind je wel. Tot morgen’
‘Tot morgen’.
Voldaan kijkt Tjerk naar de woorden in het kader. Zo, dat heeft hij toch maar mooi even afgesproken. Morgen zal hij haar voor het eerst ontmoeten. Spannend hoor!

‘Ik ga een eindje fietsen, goed?’
‘Oké, om zes uur eten we.’
Tjerk rent naar de schuur en pakt zijn fiets.
Een T-shirt met haar naam erop! Hoe verzint ze het! Het lijkt hem een geinig meisje. Ze is wel wat slordig. Ze schreef zelfs ‘Krijn’ in plaats van ‘Karijn’! Tjerk lacht als hij er aan terugdenkt. Lekker dom. Nou ja, hij ziet wel wat voor meid het is.
Wat een eind fietsen! Lexum ligt niet naast de deur.
Een klein groepje jongens is aan het voetballen op het veld. Tjerk kijkt op zijn horloge. Acht minuten te vroeg. Hij zet zijn fiets tegen een hek. Aan de zijkant van het veld blijft hij staan. Aandachtig kijkt hij naar het spel. Ze kunnen het goed.
Een kleine jongen met een knalrood T-shirt rent plotseling uit de groep naar hem toe.
‘Hé, ben jij Tjerk?’
Tjerk knikt.
Hijgend staat de jongen voor hem. Op zijn T-shirt staat ‘Krijn’. Hij geeft Tjerk een klap op zijn schouder.
‘Ik ben Krijn, van de chatbox!’ Hij lacht vrolijk. ‘Doe je mee?’

Chatten © Petra van Leeuwen

Homepage  Schrijversweb  Schrijversweb 2003  Petra van Leeuwen