Homepage  Schrijversweb  Schrijversweb 2008  Herke Sanders

Tante Tilly - Herke Sanders

'Fenna, opschieten!'
'Ja pap, ik kom al!' Ik geef de voordeur van ons herenhuis een zwieper. 
'Smijt niet zo met die deur, Fenna.' moppert papa terwijl ik de deur van onze Jeep extra hard dichtsla.
'We zitten al vijf minuten op je te wachten,' zucht hij. 'Waarom duurt alles bij jou altijd zo lang?'
Ik haal mijn schouders op, plof neer op de achterbank en druk op het knopje van de dvd-speler.
'Vergeet je je gordel niet, schatje? Mama draait haar hoofd over haar schouder en kijkt me glimlachend aan.
'Je weet hoe tante Tilly is, Fenna. Ze heeft er een hekel aan als we te laat komen.'
'En ik heb een hekel aan tante Tilly,' roep ik net iets te hard. Hoofdschuddend draait mama zich naar voren.
'Ik heb de foto's en de dvd van Barbados meegenomen, Marie-Louise, die wilde Bil graag zien.'
'Je gaat me nou toch niet vertellen dat Til en Bil óók naar Barbados gaan, hè Dieter?'
'Bil heeft gisteren geboekt.'
'Geen greintje eigen initiatief zit er in die lui. Wij naar Monte Carlo, zij naar Monte Carlo. Wij naar Barbados, zij naar Barbados. Wat origineel!'
'Kom, kom Marie-Louise, niet zo negatief. Aan Bil heb jij jouw baantje bij de Art-Gallerie te danken. Vergeet dat niet.'
'Geld hebben ze wel, maar smaak niet. Die schilderijen van Til zijn domweg kleutergeklieder. Dat moet je toch toegeven, Dieter. Geen wonder dat ik er geen enkele van verkoop. Haar werk ziet er net zo belabberd uit als zijzelf. Echt ongelooflijk hoe dat mens zich kan toetakelen. Ze is net een wandelende kerstboom.'

'Ik wil niet naar die wandelende kerstboom,' protesteer ik vanaf de achterbank. 'Ik wil naar Lucas! Waarom moet ik altijd doen wat jullie willen?' Mijn lijf tintelt alsof er duizend kleine naaldjes in worden geprikt. Niemand antwoordt. De ruitenwissers vegen sloom klodders natte sneeuw van de voorruit.
De rest van de autorit blijft het stil. Op het schermpje voor me gooit Mickey Mouse een sneeuwbal tegen Goofy's neus. Ik staar naar buiten. De takken van de bomen lijken bedekt met een dun laagje poedersuiker.

'Uitstappen Fenna, we zijn er.' Mama's stem klinkt opgewekt, alsof er niets gebeurd is. Ik blijf zitten. Ze bekijken het maar.
'Fenna, we zijn bij tante Tilly, meisje.'
'Tilly is mijn tànte niet, ze is een vriendin van jóu,' gil ik. Ik kijk mama uitdagend aan en blijf stokstijf zitten. Door de voorruit zie ik de grote, vierkante bunkhallo van tante Tilly. Een bunkdoei zou beter zijn.
'Jij komt nú uit die auto, Fenna!' Papa's gezicht duikt naast me op. Zíjn stem klinkt een stuk minder opgewekt. Ik blijf recht voor me uit staren. Ineens voel ik papa's hand om mijn arm.
'Meekomen dame, ik heb geen zin in wéér een scène.'

Tante Tilly doet de deur open. Ze draagt een tafelkleed met grote rode bloemen erop. Papa duwt me hardhandig naar de voordeur. Ik steek mijn tong uit en voel de sneeuwvlokken erop wegsmelten.
'Mens, wat zie je er weer schitterend uit,' slijmt mama.
Schitterend? Ja, als een mislukte Pocahontas met overgewicht.
'Waar is Bil?' Mama kijkt over tante Tilly's schouder de gang in.
'Oh, Bil is naar een tentoonstelling. Hij zal met een uurtje of twee wel hier zijn denk ik.'
Een uurtje of twee? Nee toch, dan zit ik nog zeker drie uur gevangen in die stomme bunker.

'Dag mijn lieve snoezepoesje.' Tante Tilly's handpalm glijdt over mijn gezicht alsof ze een zakdoek recht strijkt.
'Zeg eens hallo tegen tante Tilly, Fenna?' Met mijn lippen stijf op elkaar neurie ik de nieuwste van Ch!pz. Papa geeft me een por in mijn rug.
'Bunkhallo!' zeg ik.
'Kom binnen voordat jullie op sneeuwpoppen gaan lijken,' zegt tante Tilly snel.
'Wil je wat drinken, lieverdje?' Tante Tilly klauwt met haar lange roodgeverfde nagels door mijn haar.
Met een ruk wend ik mijn hoofd af.
'Geef Fenna maar een glaasje ranja,' zegt mama. 'Ze moet altijd even wennen als we net ergens zijn.' Ik plof neer op de witleren bank. Het lijkt of ik voor de zoveelste keer in een museum ben, met al die zelfgemaakte schilderijen van tante Tilly aan de muren.
'Til, is dat een nieuw schilderij van je?' mama wijst naar een groot doek met rode en oranje spetters erop.
'Ja, vorige week gemaakt. Wat vind je ervan Marie-louise?'
'Enig, de kleurcompositie is werkelijk schitterend.'
'Kleuters kunnen het beter,' flap ik er uit.
'Fenna, gedraag je. Het is ongepast om zo over tante Tilly's werk te praten. Schaam je!'

Ineens wordt er op de deur geklopt. 'Doe maar open, Fenna' roept tante Tilly. 'Het is iemand voor jou.'
'Voor mij?' vraag ik verbaasd. Ik zet mijn glas ranja terug op de lage glazen tafel voor me, sta op en loop naar de deur.
Ik kan het niet geloven. Is hij het echt? Mijn ogen knijp ik lang en hard dicht. Als ik ze opendoe staat hij er nog steeds.
'K-komt u b-binnen,' stamel ik. 'Papa, mama,' roep ik opgewonden 'Sinterklaas is er.'
'B-bent u echt voor mij gekomen?' vraag ik met een rare kikker in mijn keel.
'Speciaal voor jou meisje,' zegt de Sint. Hij stapt naar binnen, loopt statig de gang door en gaat precies op de plek zitten waar ik eerst zat. Waar moet ik nu gaan zitten? Er is alleen nog een plekje vrij naast de Sint. De Sint slaat met zijn vlakke, gehandschoende hand op de witte bank.
'Kom zitten meisje' mompelt hij.
Met mijn armen strak langs mijn lijf ga ik naast de Sint zitten. Ik zie dat de sneeuw vlekken op mijn nieuwe laarzen heeft gemaakt. Daar zal mama niet blij mee zijn. Ze waren wel tweehonderd euro. Ik wil de Sint aankijken, maar ik durf het niet goed. Zo dicht ben ik nog nooit bij Sinterklaas geweest.
'Zo meisje, ben jij wel een eerlijk en lief meisje geweest dit jaar?' vraagt de Sint. Ik weet niet wat ik moet zeggen. Durf ook niks te zeggen. Ik ben bang dat mijn stem weer zo raar zal klinken. Heel hol in dit lege huis. Ik knik ja.
'Kom eens bij Sinterklaas op schoot zitten?'
Nu ik op schoot zit, durf ik Sinterklaas voor het eerst aan te kijken. Hij heeft een zwart/witte bril op. Had hij die laatst op tv ook niet op? Die bril komt me bekend voor.
'Zo Fenna,' zegt de Sint. 'Eens kijken of Zwarte Piet iets van je verlanglijstje in de zak heeft gestopt. Wat wilde je ook alweer graag krijgen?'
'Een nieuwe vader en moeder!'
'Een nieuwe vader en moeder?' vraagt Sinterklaas verrast.
'Ja, een vader en moeder die niet liegen, maar eerlijk zijn,' fluister ik in zijn oor.
Verbaasd kijkt Sinterklaas me aan. 'Grote mensen liegen toch niet…' fluistert hij terug.
Die van mij wel. Ik fluister hem in zijn oor wat papa en mama allemaal over oom Bil en tante Tilly hebben gezegd.
Sinterklaas wordt nog witter dan hij al was, boos kijkt hij naar papa en mama. Dat wordt voor hen dit jaar dus geen Malediven, maar Spanje, bedenk ik. Ik moet lachen bij het idee dat papa en mama straks spartelend meegenomen worden in de zak. Hup, zo op de rug van Zwarte Piet. Sinterklaas schraapt zijn keel. 'Je weet vast wel dat Sinterklaas niet voor nieuwe ouders kan zorgen, Fenna,' zegt hij hardop en weer kijkt hij papa en mama aan. 'Maar ik heb wel een mooi cadeau speciaal voor jou.'
Sinterklaas haalt een enorm pak uit de zak.
'Wil je eerst nog een mooi liedje voor me zingen?'
Ik kijk Sinterklaas aan. Ineens weet ik weer waar ik die zwart/witte bril eerder heb gezien. Op de neus van ome Bil. Ook die stem heb ik eerder gehoord. Dit is Sinterklaas helemaal niet. Het is ome Bil die voor Sinterklaas speelt.
Ik ga voor hem staan en begin te zingen: 'Sinterklaas schijnheilig man, trek uw beste tabberd an. Rijd ermee naar Tilly's huis, daar voelt u zich heel goed thuis. Ik weet zeker dat u paard net zo nep is, als deze baard.' Met een ruk trek ik de Baard van Sinterklaas' gezicht.
'Fenna, wat doe je nou?' gilt mama. Verschrikt slaat ze haar handen voor haar mond.
In mijn hand bungelt de witte baard die ome Bil net nog om zijn kin had. Ome Bil kijkt of een olifant een wind in zijn gezicht heeft gelaten.
'Ik ben jullie gelieg spuugzat!' roep ik boos. 'Denken jullie dat ik gek ben?' Sinterklaas heeft helemaal geen zwart/witte bril en ook niet zo'n kreukelstem als ome Bil.'

Ik ren de gang in, doe de voordeur open en hol naar buiten. Aan de kant van de weg blijf ik staan. Dikke sneeuwvlokken dwarrelen op mijn gezicht. Ik veeg mijn wangen droog en dan zie ik hem. Ik kan het niet geloven. Is hij het echt? Mijn ogen knijp ik lang en hard dicht. Als ik ze opendoe, komt hij aangereden op zijn paard. De échte Sinterklaas, met drie Zwarte Pieten.

Tante Tilly © Herke Sanders

Homepage  Schrijversweb  Schrijversweb 2008  Herke Sanders